Samenvatting les 4: Op weg naar het contract


Met het 2e bijbod bepaalt de antwoorder vaak het eindcontract. Gebaseerd op zijn eigen hand en het bieden van partner.


Openaar kan drie types handen hebben:

1. Openaar geeft een minimale opening (12-14) aan:
antwoorder:

  • 6-9 punten, zo laag mogelijk afstoppen in de beste speelsoort
  • (10-)11 punten, inviteren voor de manche
  • 12+ punten, niet onder de manche stoppen

2. Openaar doet een sterke herbieding (15-17, 18-19 of 16-19 reverse).
antwoorder: – meestal manche, maar tegenover 15-17 herbieding kan nog een deelscore bereikt worden

3. De sterkte van de openaar is nog onduidelijk (12-17)
antwoorder:

  • 6-9 punten, zo laag mogelijk beste speelsoort zoeken
  • 10-11 punten, limietbod
  • 12+ punten, op zoek naar de manche

4e kleur.

Als er drie verschillende kleuren zijn geboden en als bijbieder weet je in je 2e bod nog niet wat de juiste speelsoort is, kan je de 4e kleur gebruiken om meer informatie van partner te krijgen.
Een fit vinden in de laatste ongeboden kleur zal niet vaak gebeuren, daarom geven we een conventionele betekenis aan het bieden van de 4e kleur. Het bod is forcing of zelfs mancheforcing. Bespreek dit duidelijk met je partner.
De vierde kleur bieden vraagt (in volgorde)
1. Steun mijn hoge kleur met een driekaart mee
2. Vertel verdeling voor zover nog niet verteld
3. Geef dekking in 4e kleur aan door SA te bieden.


Huiswerk les 4 met antwoorden:


Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Powerpoint les 4:


Klik op deze link om de powerpoint te downloaden: les 4


Terug naar overzicht